In de uitwedstrijd tegen een gelijkwaardige tegenstander hadden we liefst drie invallers. Zo maakten Jaap bij de Vaate, Benjamin Brandt en Willem Frouws hun debuut in het eerste team.
Rik van Drie speelde een degelijke partij en het werd snel remise.
Willem Frouws had op een gegeven moment leek het een prettige stelling met een kwaliteit tegen een stuk en twee pionnen. Ergens ging het toen fout en verloor hij.
Eric Bies had een rustige opstelling in het Spaans gekozen. In het eindspel had hij een klein voordeeltje en dacht een pion te winnen…hij overzag echter 1 zet en i.p.v. pionwinst stond hij ineens vrij passief en moest gaan verdedigen. Dit ging lang goed en op een bepaald moment was er een mogelijkheid om terug in de partij te komen. Eric miste deze en toen kon zijn tegenstander een pion en het eindspel winnen.
Jeroen Bollaart tegen Johnny de Kraker; een oude bekende waar hij al drie keer eerder tegen had gespeeld; in het Vierkampentoernooi van Moira-Domtoren, en in de SGS competitie. De onderlinge score was 1-2 in het voordeel van Johnny. Na de negende zet van wit stond deze stelling op het bord:
Na 8…c5 had wit 9.h3 gedaan. Jeroen had gepland om daar met 9. … cxd4 op te reageren maar bij nader inzien besloot hij tot 9… Ph6. Hij wilde wit geen kansen geven over de h-lijn na 9. …cxd4 10. hxg4 maar als hij iets verder gekeken had, had hij kunnen zien dat wit niet zou slaan op g4 vanwege 10. … dxc3 11.bxc3 Lxg4 met pionwinst. Wit heeft een open h-lijn maar kan daar niets mee. Zwart staat beter. Na 9. …Ph6?! won wit met 10. dxc5 dxe5 11. Pxe5 een pion en heeft zwart maar heel weinig compensatie, ondanks dat 11. …Da5 er nog wel aardig uit ziet. De volgende fout kwam al snel daarna. Wit speelde uitstekend 12. Df3 en zwart reageerde met 12. …Pc6? in plaats van het betere 12. …Le6:
Wit speelde hier weer de beste: 13.Pc4 en Jeroen zag gelukkig nog wel dat 13. …Db4? faalde op 14.a3 Lxc3+ 15 bxc3 Da4 16.Pb6! met een vork op toren en dame. Hij besloot toen om 13. …Lxc3+ te spelen wat na 14.bxc3 een triple-pion voor wit opleverde maar dat bleek lang niet genoeg compensatie voor de pion, en voor het feit dat zwart zijn zwartveldige loper kwijt was. Het ging van kwaad tot erger. Wit speelde ook niet altijd de beste zet, vooral door hoge tijdnood, maar het was voldoende om de zwarte stelling binnen te dringen en met een stuk meer het eindspel in te gaan en te winnen.
Gert Legemaat had een nogal hectische week achter de rug en begon niet bepaald okselfris aan de partij. Hij speelde 1.d4 en kreeg tot zijn grote vreugde het Boedapester Gambiet tegen (1.d4 Pf6, 2.c4 e5 3.dxe5 Pg4). Hij walste in de opening volledig over zijn tegenstander heen en verheugde zich reeds op een snelle overwinning (dom, dom, dom). Na 17 zetten was de stelling ontstaan:
Zwarts laatste zet, Dh4, was een slag in de lucht: wit staat volkomen gewonnen. 18. Pxg7 is in de diagramstelling het sterkst (+9.31 volgens Stockfish 10), maar ook een handvol andere zetten volstaan voor groot voordeel. In een vlaag van onbezonnenheid speelde Gert echter 18.Pg3??. Hij was in de veronderstelling een vol stuk te winnen, waarna het niet meer lang kon duren voordat mijn tegenstander zou opgeven. Deze speelde echter a tempo Lxf4, waarna het “oeps”-gevoel zich van Gert meester maakte. Hij won helemaal geen stuk, maar verloor gewoon een belangrijke pion. Pxf5 is geen immers geen optie vanwege mat op h2.
Na een minder goed gespeeld eindspel kwam de volgende stelling na 56 zetten op het bord:
Na zwarts 56: … c5 had Gert de stelling nog in evenwicht kunnen houden door Lxb7 te spelen (57.Lxb7 c4, 58.Lxa6 c3, 59.Kd1). In plaats daarvan nam hij op c5 en ging het snel helemaal mis: 57.bxc5 Pxc5, 58.Lb4 b6, 59.Kd2 Pe4+, 60.Ke1 a5, 61.Lf8 Ke3 en hij gaf op.
Johan de Groot Johan kreeg een Siciliaanse partij voorgeschoteld, waarin hij met 10. f4 de stelling probeerde te openen. Dat was enigszins riskant, maar gaf wel kansen op de koningsvleugel. Zwart speelde een langzaam plan op de damevleugel, waardoor Johan zijn stelling verder kon versterken.
Ondertussen leek het wel een Spaanse partij, en Johan wist geheel in die traditie zijn paard op f5 te krijgen. Vervolgens koos hij niet de beste voortzetting met 21 Dg3, maar ook het zwarte antwoord 21…Tg8 was minder goed. Dat gaf Johan de gelegenheid even later 24 Dh4! te spelen waarna de stelling rechts ontstond.
Zwart is hier al reddeloos verloren want er dreigt 25 Pxe7 Dxe7 26 Txf6! en zwart mag niet terugnemen wegens dameverlies. Zwart probeerde 24…Td6, maar Johan nam niet direct de kwaliteit. Na 25 Ta1 Lc8 26 Ta7 spartelde zwart nog even tegen maar was de buit binnen voor wit.
Benjamin Brandt kreeg een queensindian variant tegen het damegambiet waarbij wit g3, Lg2 speelde. Het ging lang goed. Zijn tegenstander kwam 5 minuten te laat binnen en dat tijdsvoordeel heeft hij de hele partij weten te houden. Na wat lang geschuifel met de stukken stond het op zet 27 als volgt:
Zijn tegenstander zat op dit moment in zijn laatste 2 minuten en Benjamin had nog ca. 5 minuten op de klok. Op dit moment bedacht ik mij dat ik drie goede opties had als vervolg. Pd6 naar f5, Pe7 (dit bleek de beste lijn) en Pc4. Hij koos voor deze laatste omdat hij dacht al zo goed te staan, was hij iets ambitieuzer en wilde nog een aanval beginnen.
Hij won vrij snel de d-pion maar wit kreeg onwijs veel spel ervoor terug. En Zijn tegenstander met minder dan 45 seconden op de klok, begon ineens heel snel te spelen.. verrast door de spontane dynamiek in het spel (voor wit) en de snelheid van mijn tegenstander ging hij fouten maken. Zie de stelling op zet 37:
Benjamin was ervan overtuigd al gewonnen te staan, al dan niet op tijd, maar niks bleek minder waar. Hij verloor een pion en een tweede snel erna. En daarna verspeelde hij een heel stuk en toen was het over.
Jaap bij de Vaate kreeg vanuit de opening een gelijke stelling op het bord. Zijn tegenstander speelde bijzonder degelijk maar toch slaagde Jaap erin wat positievoordeel te krijgen. Dat plusje wist hij stap voor stap tot een wat groter voordeel uit te bouwen. Toen zijn tegenstander ook nog eens een pion weggaf, dacht hij dat de stelling gemakkelijk gewonnen zou zijn. Maar dat viel nog tegen. Zijn tegenstander bood knap verzet en door actief tegenspel wist hij zijn passieve stukken naar betere posities te manoeuvreren. Jaap kon door een hergroepering van zijn twee torens uiteindelijk toch de winst binnen halen.
De detailuitslagen:
| S.V. Moira-Domtoren 1 | – | S.V. Doorn-Driebergen 1 | 5,5 | 2,5 | |
| 1. | Hacquebord, T. (Tjerk)(2000) | – | Bies, E. (Eric)(2012) | 1 | 0 |
| 2. | Kraker de, J.A. (Johnny)(1912) | – | Bollaart, J.A.L. (Jeroen)(1919) | 1 | 0 |
| 3. | Janse, E.W. (Erik)(1985) | – | Groot de, J.A. (Johan)(2022) | 0 | 1 |
| 4. | Verweij, L.A. (Kees)(1917) | – | Vaate bij de, J. (Jaap)(0) | 0 | 1 |
| 5. | Beek van, D.J. (Jorn)(1854) | – | Legemaat, G. (Gerrit)(1912) | 1 | 0 |
| 6. | Andriessen, B.J. (Bart Jan)(1889) | – | Brandt, B. (Benjamin)(1720) | 1 | 0 |
| 7. | Le Fèvre, W.M. (Wouter)(1804) | – | Drie van, R. (Rik)(1875) | 0,5 | 0,5 |
| 8. | Dreu de, D. (Dies)(1826) | – | Frouws, W. (Willem)(1753) | 1 | 0 |
