Op papier waren we aan elkaar gewaagd dus het kon een spannende strijd gaan worden.
Op het bord bij Rik van Drie werd veel geruild en in een eindspel met alleen zware stukken en pionnen werd al snel besloten tot remise, ½-½.
Arnoud Huibers’ tegenstander Hans de Vries zette zijn stukken in de opening op de verkeerde velden en ook zijn pionnenstructuur bleek in het middenspel tegen te zitten. Een kwaliteitsoffer bracht geen soelaas en op de 34e zet gaf hij op, 1½-½. Hiermee is hij onze topscoorder met 3 uit 3!
Gert Legemaat moest tegen het London systeem spelen. Er werden al snel veel stukken geruild. op de 18de zet bood zijn tegenstander remise aan in een stelling waarin Gert geen enkel aanknopingspunt zag om op meer te spelen, 2-1. Invaller Peter Egelie speelde zelf het London system, het leverde hem een aardige tijdwinst op na de standaard zetten maar Peter kon daarna geen goed plan vinden. Z‘n tegenstander speelde onbezwaard zeer nauwkeurig zijn zwarte zetjes. Peter miste een (schijn-)offer op h7 met eeuwig schaak en daarna kwam hij niet meer onder de druk uit, 2-2.
Frans Jacobs had een gelijk opgaande strijd en zonder grote fouten van beide kanten werd tot remise besloten. Hiermee scoorde Frans z’n eerste halfje waar hij natuurlijk heel blij mee was, 2½-2½.
Johan de Groot wikkelde al snel af naar een eindspel met toren en loper dat materieel gelijk stond, maar waarin hij over een vrijpion beschikte op de c-lijn. Zijn tegenstander hield de deur echter op slot en Johan moest in remise berusten, 3-3.
Anton Braams had een vrij gecompliceerde “manoeuvreer-partij” waarin pas na de 17e zet voor het eerst een ruil van stukken plaatsvond. Zijn tegenstander met wit had gekozen voor een solide opstelling zonder enige aanwijsbare zwakte en liet Anton het (optische) ruimtelijke voordeel. Anton had echter wel een positioneel probleem op zijn damevleugel, dat uiteindelijk de doorslag bleek te geven. Gezien de totaalstand, op een eerder moment van de avond, voelde hij zich genoodzaakt op winst te spelen. De ruilacties leverden hem echter allesbehalve voordeel op en zijn tegenstander kon afwikkelen naar een eindspel waarin hij in elke variant een pion zou verliezen. Daarbij beschikte zijn tegenstander ook nog over een sterk paard tegen een uitermate zwakke loper. De rest was dan ook min of meer kinderspel volgens Anton zelf…3-4. De hele avond hadden we voor of gelijk gestaan en nu kwam het aan op het laatste bord.
Eric Bies had een betere opening maar gaandeweg de partij kon hij dit niet verder doorzetten tegen zijn sterke tegenstander. Hij had ondertussen wel begrepen dat hij voor de winst moest blijven spelen (…) terwijl beide spelers in zware tijdnood kwamen. Op een geven moment hadden beiden alleen nog de 10 sec per zet waardoor het een heel spektakel werd. Het volgende eindspel kwam op het bord met Eric (zwart) aan zet, zie de stelling links.
Eric heeft de betere loper maar hoe krijg je de juiste “zetdwang” in tijdnood. 
Het winst-pad was erg nauw, maar Eric kon zonder enig risico blijven manoeuvreren. Het lukte hem via zetdwang de zwarte koning naar voren te krijgen en daarna een pion te winnen. Beiden gingen toen hard lopen met pionnen waarna de volgende (gewonnen) stelling op het bord kwam, zie de stelling rechts: (wit aan zet)
Er is geen goed tegenspel voor wit meer. Wit dacht nog in een eindspel met beide een dame te kunnen belanden, maar zwart kan dit voorkomen. Het vervolg was: 1.Le3, hier moest Eric even al zijn resterende tijd gebruiken om de volgende combinatie te checken en speelde, 1…Lxe3;2. Kxe3, Kg4 (de koning loopt erom heen);3.a5, Kh3;4.a6, g2 en wit gaf op omdat na 5.a7 natuurlijk g1D+ volgt met winst van de a-pion. Zodoende werd het toch nog een gelijkspel, 4-4.
(NB We gaan En Passant nog een keer tegenkomen in de volgende ronde in de beker.)
De detailuitslagen:
| Doorn-Driebergen 1 | En Passant 3 | 4 | – | 4 | |
| 1. | E. Bies (Eric) (z) (1952) | D. de Graaf (Dick) (2196) | 1 | – | 0 |
| 2. | J.A. de Groot (Johan) (1949) | G.J. Reichardt (Gert) (2008) | 0,5 | – | 0,5 |
| 3. | G. Legemaat (Gerrit) (1973) | R. van den Bos (Raymond) (1749) | 0,5 | – | 0,5 |
| 4. | A.A.J.M. Huibers (Arnoud) (1764) | M.J. de Vries (Hans) (1793) | 1 | – | 0 |
| 5. | R. van Drie (Rik) (1931) | R. van Dorst (Rolf) (1780) | 0,5 | – | 0,5 |
| 6. | F. Jacobs (Frans) (*) | M.A. Reichardt (Monica) (1608) | 0,5 | – | 0,5 |
| 7. | A.E. Braams (Ton) (1749) | D. de Graaf (Dion) (1706) | 0 | – | 1 |
| 8. | P.L. Egelie (Peter) (1581) | G. Huygen (Gijs) (1638) | 0 | – | 1 |
(*) nog geen rating.
